Hoe bak je een beenhammetje?
Eigenlijk is het heel simpel, je moet gewoon een vleesthermometer hebben om te meten of het vlees van binnen al gaar is!
De regel is voor elke 100 gram 10 minuten bakken.
De restjes kunnen de volgende dag lekker op een broodje met wat satésaus.
Nodig
beenhammetje
2 tenen knoflook
4 el mosterd
1 el honing
1 tl gedroogde tijm
peper, zout
boter
vleesthermometer
Verwarm de oven voor op 175 graden.
Smelt in een koekenpan een flinke klont boter. Bestrooi de beenham met peper en zout en braad hem aan alle kanten aan.
Als de ham rondom is dichtgeschroeid, haal hem uit de pan.
Meng in een kom de honing met de mosterd en snijd de knoflook in grove stukken. Voeg de knoflook aan het mosterd-mengsel toe. Proef of de marinade zoeter of pittiger moet. Voeg eventueel meer honing of meer mosterd toe.
Besmeer de ham met een kwastje met het mosterd-mengsel en leg in een braadslee. Houd een klein beetje achter om later nog te besmeren. Bestrooi met wat tijm, maar gebruik niet teveel. Giet de jus uit de koekenpan erbij.
Zet in de oven en laat ongeveer een uur garen. Keer elk kwartier de ham om en besmeer opnieuw met het kwastje.
Wanneer de tijd verstreken is (100 gram = 10 minuten bakken), prik de vleesthermometer erin. De temperatuur zou tussen de 55 en 60 moeten zijn voor een gare, lichtroze beenham.
Haal uit de oven en laat 5-10 minuten rusten op een schaal, afgedekt met aluminiumfolie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten